Betekenis van:
zwendel

zwendel (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • het zwendelen, bedrog
"een grootscheepse zwendel"
"een zwendel met/in [wagens]"

Hyperoniemen

Hyponiemen

zwendel
Zelfstandig naamwoord
  • bedrog, fraude, oplichting

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Fraude met inbegrip van zwendel