Vertaling van et

Inhoud:

Deens
Nederlands
en, et {telw.}
een 
één
en, et {lidw.}
een 
'n


Voorbeelden in zinsverband

Deens
Nederlands

Jeg har et spørgsmål.

Ik heb een vraag.

Jeg spiser et æble.

Ik eet een appel.

Han spiser et æble.

Hij is een appel aan het eten.

Har du et kreditkort?

Heeft u een kredietkaart?

Jeg er et menneske.

Ik ben een persoon.

Dragen er et fantasivæsen.

De draak is een fantasiebeest.

Kun et minut.

Een ogenblikje.

Han er et håbløst tilfælde.

Hij is een hopeloos geval.

Mary arbejder i et supermarked.

Mary werkt bij een supermarkt.

Jeg købte et par støvler.

Ik kocht een paar laarzen.

Esperanto er et internationalt plansprog.

Esperanto is een internationale plantaal.

Betty sagde aldrig et ord.

Betty zei nooit een woord.

Han leder efter et job.

Hij zoekt werk.

Jeg arbejder på et hospital.

Ik werk in een ziekenhuis.

Tom er et godt menneske.

Tom is een goede vent.


Gerelateerd aan et

en