Vertaling van Geburtstag

Inhoud:

Duits
Nederlands
Geburtstag [m] (der ~) {zn.}
verjaardag 
verjaring [v]
geboortedag [m]
Alles Gute zum Geburtstag!
Gelukkige verjaardag!
Toms Geburtstag war gestern.
Toms verjaardag was gisteren.


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Toms Geburtstag war gestern.

Toms verjaardag was gisteren.

Heute ist mein Geburtstag.

Vandaag ben ik jarig.

Wir feierten seinen Geburtstag.

We vierden zijn verjaardag.

Morgen ist ihr Geburtstag.

Morgen is het haar verjaardag.

Morgen habe ich Geburtstag.

Morgen ben ik jarig.

Alles Gute zum Geburtstag!

Gelukkige verjaardag!

Herzlichen Glückwunsch zum Geburtstag!

Gefeliciteerd met je verjaardag!

Herzlichen Glückwunsch zum Geburtstag, Muiriel!

Gefeliciteerd met je verjaardag, Muiriel!

Herzlichen Glückwunsch zum Geburtstag, Shishir!

Gelukkige verjaardag, Shishir!

Ich habe im Juli Geburtstag.

Ik verjaar in Juli.

Mein Geburtstag ist am 22. März.

Mijn verjaardag is 22 maart.

Ich freue mich auf meinen Geburtstag.

Ik verheug me op mijn verjaardag.

Er hat am 5. Mai Geburtstag.

Zijn verjaardag is op 5 mei.

Sie feierte gestern ihren fünfzehnten Geburtstag.

Ze vierde haar vijftiende verjaardag gisteren.

Sie wünscht sich zu ihrem Geburtstag etwas ganz Besonderes.

Ze wil iets heel speciaals voor haar verjaardag.