Vertaling van Geschirr

Inhoud:

Duits
Nederlands
Geschirr [o] (das ~), Tisch-Service {zn.}
servies
serviesgoed
eetservies [o]


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Ich wasche gewöhnlich das Geschirr.

Gewoonlijk doe ik de afwas.

Ich werde das Geschirr spülen, da du ja gekocht hast.

Omdat jij hebt gekookt, zal ik de afwas doen.


Gerelateerd aan Geschirr

Tisch-Service