Vertaling van Jahr

Inhoud:

Duits
Nederlands
Jahr [o] (das ~) {zn.}
jaar 
Die Weltbevölkerung wächst von Jahr zu Jahr.
De wereldbevolking groeit van jaar tot jaar.
Welches Jahr haben wir?
Welk jaar is het?


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Die Weltbevölkerung wächst von Jahr zu Jahr.

De wereldbevolking groeit van jaar tot jaar.

Welches Jahr haben wir?

Welk jaar is het?

In Tokio gibt es Jahr für Jahr weniger Vögel

Wilde vogels zijn met elk jaar steeds minder en minder te vinden in Tokyo.

Ein Jahr hat zwölf Monate.

Een jaar heeft twaalf maanden.

Ich werde nächstes Jahr siebzehn.

Volgend jaar word ik zeventien.

Sein Vater starb letztes Jahr.

Zijn vader is vorig jaar overleden.

Sein Vater ist letztes Jahr entschlafen.

Zijn vader is vorig jaar overleden.

Mein Bruder starb letztes Jahr an Krebs.

Mijn broer is vorig jaar gestorven aan kanker.

Letztes Jahr hat er aufgehört zu rauchen.

Hij stopte met roken vorig jaar.

Es gab dieses Jahr eine Menge Regen.

Het heeft veel geregend dit jaar.

Er hat letztes Jahr die Schule gewechselt.

Hij veranderde van school vorig jaar.

Dieses Hotel wurde voriges Jahr gebaut.

Dit hotel is vorig jaar gebouwd.

Letztes Jahr hatte ich einen Schlaganfall.

Afgelopen jaar kreeg ik een beroerte.

War er letztes Jahr in Hokkaido?

Is hij in Hokkaido geweest vorig jaar?

Es lag viel Schnee im letzten Jahr.

Er was veel sneeuw vorig jaar.