Vertaling van Rede

Inhoud:

Duits
Nederlands
Rede [v] (die ~), Vortrag [m] (der ~) {zn.}
speech
redevoering [v]
rede
oratie [v]
Niemand hörte der Rede zu.
Niemand luisterde naar de speech.
reden, sprechen {ww.}
spreken
praten 

ich rede

ik spreek
» meer vervoegingen van spreken

Können wir reden?
Kunnen we praten?
Plötzlich hörte er auf zu reden.
Hij stopte plotseling met praten.


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Ihre Rede war großartig.

Haar toespraak was uitmuntend.

Handle, rede nicht.

Geen woorden, maar daden.

Rede keinen Unsinn!

Zeg geen onzin!

Rede nicht im Lesezimmer.

Praat niet in de leesruimte.

Seine Rede hat uns bewegt.

Zijn toespraak beroerde ons.

Niemand hörte der Rede zu.

Niemand luisterde naar de speech.

Er ist mitten in seiner Rede ohnmächtig geworden.

Hij viel in het midden van zijn toespraak flauw.

Ich bin vielleicht asozial, aber das heißt nicht, dass ich nicht mit Leuten rede.

Ik ben misschien niet erg sociaal, maar dat betekent nog niet dat ik niet met mensen omga.


Gerelateerd aan Rede

Vortrag - reden - sprechen