Vertaling van Reisen

Inhoud:

Duits
Nederlands
Reisen {zn.}
reizen 
gereis
Ich möchte um die Welt reisen.
Ik wil rond de wereld reizen.
Mein Traum ist, in einer Raumfähre zu reisen.
Mijn droom is om in een spaceshuttle te reizen.
reisen {ww.}
reizen 

wir reisen
sie reisen

wij reizen
zij reizen
» meer vervoegingen van reizen

Mein Bruder ist groß genug, um allein zu reisen.
Mijn broer is oud genoeg om alleen te reizen.
Ihr seid zu jung, um alleine zu reisen.
Jullie zijn te jong om alleen te reizen.


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Ich möchte um die Welt reisen.

Ik wil rond de wereld reizen.

Ich habe niemanden, der mit mir reisen würde.

Er is niemand die met mij mee wil.

Mein Traum ist, in einer Raumfähre zu reisen.

Mijn droom is om in een spaceshuttle te reizen.

Mein Bruder ist groß genug, um allein zu reisen.

Mijn broer is oud genoeg om alleen te reizen.

Ihr seid zu jung, um alleine zu reisen.

Jullie zijn te jong om alleen te reizen.


Gerelateerd aan Reisen

reisen