Vertaling van Schicksal

Inhoud:

Duits
Nederlands
Bestimmung [v] (die ~), Fügung [v] (die ~), Schicksal [o] (das ~) {zn.}
lot
voorland
lotsbestemming [v]
bestemming  [v]
Heute habe ich eine Verabredung mit dem Schicksal.
Ik heb vandaag een afspraak met het lot.
Leiden ist die Bestimmung des Menschen.
Het is het lot van de mens om te lijden.
Verhängnis [o] (das ~), Fatum, Geschick [o] (das ~), Schicksal [o] (das ~) {zn.}
lot
noodlot
Zufall [m] (der ~), Glücksspiel [o] (das ~), Koinzidenz [v] (die ~), Schicksal [o] (das ~) {zn.}
toeval
toevalligheid [v]
Es war reiner Zufall, dass Mary und ich im gleichen Zug saßen.
Het was puur toeval dat Mary en ik op dezelfde trein zaten.
Fügung [v] (die ~), Geschick [o] (das ~), Los [o] (das ~), Schicksal [o] (das ~), Verhängnis [o] (das ~) {zn.}
lot
levenslot
fortuin [o]


Gerelateerd aan Schicksal

Bestimmung - Fügung - Verhängnis - Fatum - Geschick - Zufall - Glücksspiel - Koinzidenz - Los