Vertaling van Wochen-

Inhoud:

Duits
Nederlands
wöchentlich, Wochen- {bn.}
wekelijks 


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Drei Wochen vergingen.

Drie weken gingen voorbij.

In circa zwei Wochen.

Over een week of twee.

Das kalte Wetter hielt drei Wochen an.

Het koude weer duurde voor drie weken.

Schon zwei Wochen sind vergangen, und ich habe Sie nicht gesehen.

Er zijn al twee weken voorbij, en ik heb u niet gezien.

Wenn ich dich erschrecken wollte, würde ich dir erzählen, was ich vor ein paar Wochen geträumt habe.

Als ik je wilde bang maken, zou ik je vertellen waar ik een paar weken geleden over gedroomd heb.


Gerelateerd aan Wochen-

wöchentlich