Vertaling van beharren

Inhoud:

Duits
Nederlands
audauern, aushalten, beharren, bestehen, verharren {ww.}
volhouden 
volharden
doorzetten
voet bij stuk houden
doorbijten

wir beharren
sie beharren

wij houden vol
zij houden vol
» meer vervoegingen van volhouden

Aushalten, Beharren {zn.}
uithoudingsvermogen
volharding  [v]
Aushalten, Beharren {zn.}
vasthoudendheid [v]


Gerelateerd aan beharren

audauern - aushalten - bestehen - verharren - Aushalten - Beharren