Vertaling van sich rein f r

Sorry, er is geen exacte vertaling gevonden in het Duits - Nederlands woordenboek

Vergelijkbare woorden

Duits
Nederlands
adoptieren, an Kindes statt annehemen, zu sich nehmen, übernehmen, sich zu eigen machen {ww.}
adopteren 
aannemen 
zich eigen maken
sich betrüben, sich bekümmern, sich grämen, sich härmen {ww.}
bedroefd raken
zich bedroeven
übereinstimmen, klarkommen, in Einklang sein, zusammenpassen, sich vertragen {ww.}
accorderen
bijeenpassen
kloppen 
overeenstemmen
rijmen
stroken
het eens worden
tot een overeenkomst komen
sich verwandeln, eine andere Form annehmen, sich umwandeln, sich verändern {ww.}
veranderen 
van vorm veranderen
hinzukommen, hinzutreten, sich anschließen, sich einreihen {ww.}
lid worden
toetreden
zich aansluiten
sich anpassen, sich angleichen, sich fügen, sich schicken, sich anfügen, sich anschmiegen {ww.}
wennen
gewennen
zich aanpassen
zich schikken
sich anpassen, sich angleichen, sich fügen, sich schicken, sich anfügen, sich anschmiegen {ww.}
wennen
acclimatiseren
zich aanpassen
zich schikken
aberrieren, abirren, abweichen, sich geistig verirren {ww.}
afwijken 
aberreren
afdwalen 
sich aliieren, sich verbünden {ww.}
een verbond aangaan
zich verbinden
sich häufen, sich anhäufen, sich ansammeln {ww.}
kruien
samenscholen
samenrotten
te hoop lopen
zich ophopen
zich opeenhopen