Vertaling van zerhacken

Inhoud:

Duits
Nederlands
auseinanderhacken, zerhacken, zerhauen, kleinschlagen {ww.}
fijnhakken

wir zerhacken
sie zerhacken

wij hakken fijn
zij hakken fijn
» meer vervoegingen van fijnhakken



Gerelateerd aan zerhacken

auseinanderhacken - zerhauen - kleinschlagen