Vertaling van zu tun

Inhoud:

Duits
Nederlands
zu tun, erforderlich, notwendig {bn.}
te doen
te verrichten


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Haben Sie zu tun?

Ben je bezig?

Ich habe viel zu tun.

Ik heb veel dingen te doen.

Ich habe viel zu tun.

Ik heb veel dingen te doen.

Hast du morgen Nachmittag zu tun?

Zijt ge bezet morgennamiddag?

Ich habe morgen viel zu tun.

Ik moet morgen een hoop werk doen.

Es ist noch viel zu tun.

Er moet nog veel gedaan worden.

Es bleibt noch viel zu tun.

Er blijft nog veel te doen.

Es gibt noch viel zu tun.

Er blijft nog veel te doen.

Ich habe nichts damit zu tun.

Ik heb er niets mee te maken.

Ich habe zu viel zu tun.

Ik heb te veel te doen.

Das hat nichts damit zu tun.

Dat heeft er niets mee te maken.

Heute habe ich viel zu tun.

Ik heb veel te doen vandaag.

Ich habe nichts Besseres zu tun.

Ik heb niks beters te doen.

Ich bat ihn, das zu tun.

Ik heb hem gevraagd om dat te doen.

Aber was hat das alles mit Tatoeba zu tun?

Maar wat heeft dat allemaal te doen met Tatoeba?


Gerelateerd aan zu tun

erforderlich - notwendig