Vertaling van grandfather
Inhoud:
Engels
Nederlands
Tom is my grandfather.
Tom is mijn grootvader.
Grandfather speaks very slowly.
Opa spreekt heel traag.
gramps, grandad, granddad, granddaddy, grandfather, grandpa {zn.}
opa
Where does your grandfather live?
Waar woont je opa?
My grandfather was a farmer.
Mijn opa was boer.
gramps, grandad, granddad, granddaddy, grandfather, grandpa {zn.}
opa
grootvader
grootpapa
grootvader
grootpapa
Grandfather has caught a cold.
Opa is verkouden.
Voorbeelden in zinsverband
Engels
Nederlands
Tom is my grandfather.
Tom is mijn grootvader.
Grandfather speaks very slowly.
Opa spreekt heel traag.
My grandfather was a farmer.
Mijn opa was boer.
My grandfather likes to walk.
Mijn opa houdt van wandelen.
My grandfather gets up early.
Mijn grootvader staat vroeg op.
Grandfather has caught a cold.
Opa is verkouden.
Where does your grandfather live?
Waar woont je opa?
My grandfather has snowy white hair.
Mijn grootvader heeft sneeuwwit haar.
We named him Thomas after his grandfather.
We noemden hem Thomas naar zijn grootvader.
I saw my grandfather last week.
Ik zag mijn opa vorige week.