Vertaling van languages

Inhoud:

Engels
Nederlands
languages
Talen


Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

I like foreign languages.

Ik hou van vreemde talen.

He speaks ten languages.

Hij spreekt 10 talen.

I like languages!

Ik hou van talen!

Culture destroys languages.

Cultuur maakt talen kapot.

I love languages.

Ik hou van talen.

I like languages.

Ik hou van talen.

He can speak 10 languages.

Hij spreekt 10 talen.

Jorge can speak four languages.

Jorge kan vier talen spreken.

He can speak five languages.

Hij kan vijf talen spreken.

Programming languages are his hobby.

Programmeertalen zijn zijn hobby.

English and German are two related languages.

Engels en Duits zijn twee verwante talen.

Languages are subject to constant change.

Talen zijn aan voortdurende verandering onderhevig.

That's insane! Your mom speaks six languages?

Dat is waanzinnig! Jouw moeder spreekt zes talen?

What languages do they speak in Belgium?

Welke talen spreekt men in België?

Many languages borrow from English words.

Veel talen lenen woorden uit de Engelse woordenschat.