Vertaling van won't
Voorbeelden in zinsverband
It won't work.
Dat zal niet werken.
I won't tell anyone.
Ik zal het niemand vertellen.
The door won't open.
De deur gaat niet open.
He probably won't come.
Hij komt waarschijnlijk niet.
Won't you go?
Ga je dan niet?
That won't work.
Het zal niet werken.
That won't happen.
Dat zal niet gebeuren.
I'm sure Tom won't mind.
Ik weet zeker dat Tom het niet erg vindt.
Won't you come with me?
Kom je niet mee met mij?
I think he won't come.
Ik denk niet dat hij komt.
Wolves won't usually attack people.
Normaal gesproken vallen wolven geen mensen aan.
No, I won't do that.
Nee, dat zal ik niet doen.
I won't ask you anything else today.
Ik zal je vandaag verder niets vragen.
If it rains, he won't come.
Als het regent, komt hij niet.
I won't stoop to his level.
Ik verlaag me niet tot zijn niveau.