Vertaling van ancla

Inhoud:

Spaans
Nederlands
ancla [m] (el ~), áncora {zn.}
anker  [o]
anclar, fondear {ww.}
voor anker liggen
ten anker liggen
ankeren 

él/ella ancla

hij/zij/het ankert
» meer vervoegingen van ankeren



Gerelateerd aan ancla

áncora - anclar - fondear