Vertaling van calle

Inhoud:

Spaans
Nederlands
calle [v] (la ~) {zn.}
straat  [v]
La calle está pavimentada.
De straat is geasfalteerd.
Cruza la calle.
Steek de straat over.


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Tom cruzó la calle.

Tom stak de straat over.

La calle está pavimentada.

De straat is geasfalteerd.

Cruza la calle.

Steek de straat over.

Él vive en esta calle.

Hij woont in deze straat.

Lo vi cruzando la calle.

Ik zag hem de straat oversteken.

Esa calle era muy ruidosa.

Die straat was zeer lawaaierig.

Recogió algo blanco en la calle.

Hij pakte iets wits op van de straat.

Me encontré un dólar en la calle.

Ik heb een dollar op straat gevonden.

Una multitud se agrupó en esta calle.

Een menigte verzamelde zich in deze straat.

Él está cruzando la calle ahora.

Hij is nu de straat over aan het steken.

Me encontré con ella en la calle.

Ik ben haar op straat tegengekomen.

Siga derecho hasta el final de la calle.

Ga rechtdoor, tot het einde van de straat.

Ayer me encontré con Mary en la calle.

Gisteren heb ik Mary op de straat ontmoet.

La iglesia está justo al otro lado de la calle.

De kerk is juist aan de overkant van de straat.

No cruces la calle cuando el semáforo está en rojo.

Steek de straat niet over wanneer het stoplicht rood is.