Vertaling van cliente

Inhoud:

Spaans
Nederlands
cliente [m] (el ~), comprador [m] (el ~) {zn.}
klant  [m]
koper  [m]
afnemer [m]
El cliente siempre lleva razón.
Klant is koning.
cliente [m] (el ~) {zn.}
klant  [m]
cliënt [m]
afnemer [m]
cliente [m] (el ~), comprador [m] (el ~) {zn.}
klant
afnemer
principaal
cliënt
opdrachtgever


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

El cliente siempre lleva razón.

Klant is koning.

Él es un cliente regular en los bares y cantinas de por aquí.

Hij is een stamgast in de barren en kroegen hier.


Gerelateerd aan cliente

comprador