Vertaling van flota

Inhoud:

Spaans
Nederlands
flota [v] (la ~) {zn.}
vloot 
Un idioma es un dialecto con armada y flota.
Een taal is een dialect met een leger en een vloot.
flotar, sobrenadar {ww.}
drijven
vlotten
dobberen

él/ella flota

hij/zij/het drijft
» meer vervoegingen van drijven



Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Una piedra no flota.

Een steen drijft niet.

Un idioma es un dialecto con armada y flota.

Een taal is een dialect met een leger en een vloot.


Gerelateerd aan flota

flotar - sobrenadar