Vertaling van guía

Inhoud:

Spaans
Nederlands
guía [m] (el ~), adalid {zn.}
gids 
geleider [m]
leider
voorman [m]
leidsman [m]
Él tiene un trabajo de verano como guía turístico.
Hij heeft een vakantiebaan als gids.
guía [v] (la ~) {zn.}
gids 
guía [v] (la ~) {zn.}
gids 
vademecum
reisgids
gidsboek
guía [m] (el ~) {zn.}
gids 
guía {zn.}
tutorial
handleiding
guiar, orientar {ww.}
rondleiden
leiden
geleiden
de weg wijzen

él/ella guía

hij/zij/het leidt rond
» meer vervoegingen van rondleiden



Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

¡La nueva guía telefónica está aquí!

Het nieuwe telefoonboek is er!

Él tiene un trabajo de verano como guía turístico.

Hij heeft een vakantiebaan als gids.


Gerelateerd aan guía

adalid - guiar - orientar