Vertaling van medicina

Inhoud:

Spaans
Nederlands
medicina [v] (la ~) {zn.}
geneeskunde
Mis padres quieren que estudie medicina.
Mijn ouders willen dat ik geneeskunde studeer.
Los recientes avances en medicina son notables.
De recente vooruitgang in de geneeskunde is opmerkelijk.


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Esta medicina podría curarlo.

Dit medicijn geneest hem misschien.

La medicina sabe amarga.

Dit medicijn smaakt bitter.

Él fue a América a estudiar medicina.

Hij ging naar Amerika om medicijnen te studeren.

Te sentirás mejor si tomas esta medicina.

Ge zult u beter voelen als ge dit medicament neemt.

La medicina aceleró el proceso de crecimiento.

De medicijnen versnelden het groeiproces.

Los recientes avances en medicina son notables.

De recente vooruitgang in de geneeskunde is opmerkelijk.

La nueva medicina le salvó la vida.

Het nieuw medicijn heeft zijn leven gered.

Mis padres quieren que estudie medicina.

Mijn ouders willen dat ik geneeskunde studeer.

El doctor recetó medicina para el paciente.

De dokter schreef medicijnen voor voor de patiënt.

Necesito un poco de medicina para aliviar el dolor.

Ik heb wat medicijnen nodig om de pijn te bestrijden.

Estoy pensando en irme a Alemania para estudiar medicina.

Ik denk eraan om naar Duitsland te gaan om voor geneeskunde te studeren.