Vertaling van paseo

Inhoud:

Spaans
Nederlands
paseo [m] (el ~) {zn.}
wandeling  [v]
¿Qué tal estuvo tu paseo?
Hoe was je wandeling?
Da un paseo cada día.
Maak elke dag een wandeling.
paseo [m] (el ~), avenida [v] (la ~) {zn.}
wandelweg
wandelplaats
wandeldek
wandeldreef
promenade [v]
avenida [v] (la ~), paseo [m] (el ~) {zn.}
avenue [v]
pasear {ww.}
wandelen
lopen 
tippelen
aan de wandel zijn

yo paseo
él/ella paseó

ik wandel
hij/zij/het wandelde
» meer vervoegingen van wandelen



Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

¿Qué tal estuvo tu paseo?

Hoe was je wandeling?

Da un paseo cada día.

Maak elke dag een wandeling.

¿Te apetece dar un paseo?

Wil je een korte wandeling maken?

¿Qué te parece ir a dar un paseo al parque?

Wat vind je ervan om een wandeling te maken in het park?

Con una noche tan apaciguada y brillante como esta, siempre me dan ganas de dar un paseo a medianoche.

Met zo'n zachte, heldere nacht als vandaag, krijg ik altijd zin om om middernacht een ommetje te maken.


Gerelateerd aan paseo

avenida - pasear