Vertaling van perder

Inhoud:

Spaans
Nederlands
perder, hacer agua {ww.}
lekken
perder {ww.}
verliezen
kwijtraken
verspelen
verbeuren
opgeven
No puedes perder.
Je kan niet verliezen.
No tengo nada que perder.
Ik heb niets te verliezen.
perder {ww.}
mislopen
missen
misgrijpen


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

No puedes perder.

Je kan niet verliezen.

Es necesario perder peso.

Het is noodzakelijk om af te vallen.

No tengo nada que perder.

Ik heb niets te verliezen.

Trata de perder peso trotando.

Probeer gewicht te verliezen door te joggen.

Él volvió a perder su paraguas.

Hij is alweer zijn paraplu kwijt.

Toda la carne se había echado a perder.

Al het vlees was slecht.

Mejor apresúrate, o te vas a perder el tren.

Je kan maar beter opschieten, of je mist de trein.

No quería perder más tiempo discutiendo con Tom.

Ik wou niet meer tijd besteden aan het discussiëren met Tom.

Tienes poco que ganar y mucho que perder.

Je hebt weinig te winnen en veel te verliezen.

El que lucha puede perder, el que no lucha ya perdió.

Hij die vecht, kan verliezen, maar hij die dat niet doet, heeft al verloren.

Para cuando lo intentó con el 966, Dima había empezado a perder la esperanza.

Tegen de tijd dat hij 966 probeerde, begon Dima de hoop op te geven.

Hmm. Tengo el presentimiento de que me voy a perder escoja el camino que escoja.

Hmm. Ik heb het gevoel dat ik ga verdwalen, welke weg ik ook neem.

No quiero perder mis ideas, aunque algunas de ellas sean un poco extremas.

Ik wil mijn ideeën niet kwijtraken, zelfs als sommige ervan een beetje extreem zijn.


Gerelateerd aan perder

hacer agua