Vertaling van siesta


Spaans
Nederlands
siesta [v] (la ~) {zn.}
dutje [o]
sluimering [v]
hazeslaapje [o]
Quizás pronto me dé por vencido y en su lugar tome una siesta.
Het kan dat ik zo meteen opgeef en in plaats hiervan een dutje ga doen.
siesta [v] (la ~) {zn.}
middagslaapje [o]
siësta
slaapje [o]