Vertaling van France

Inhoud:

Frans
Nederlands
France [v] {zn.}
Frankrijk  [o] (narticle ~)
L'Allemagne borde la France.
Duitsland grenst aan Frankrijk.
Sawako veut aller en France.
Sawako wil naar Frankrijk.


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

L'Allemagne borde la France.

Duitsland grenst aan Frankrijk.

J'aimerais habiter en France.

Ik zou graag in Frankrijk wonen.

Sawako veut aller en France.

Sawako wil naar Frankrijk.

Il a été en France.

Hij is in Frankrijk geweest.

Je l'ai connu en France.

Ik heb hem leren kennen in Frankrijk.

La France est en Europe occidentale.

Frankrijk ligt in West-Europa.

Paris est la capitale de la France.

Parijs is de hoofdstad van Frankrijk.

Il est revenu récemment de France.

Hij is onlangs teruggekomen uit Frankrijk.

Ils viennent du sud de la France.

Ze komen uit het zuiden van Frankrijk.

Elle va en France la semaine prochaine.

Zij gaat volgende week naar Frankrijk.

La France est au sud de l'Angleterre.

Frankrijk ligt ten zuiden van Engeland.

Le français est parlé en France.

Frans spreekt men in Frankrijk.

La France était en guerre avec la Russie.

Frankrijk voerde oorlog met Rusland.

Contador a gagné le maillot jaune au Tour de France.

Contador won de gele trui in de ronde van Frankrijk.

Elle ne voyage pas toujours en France l'été.

In de zomer reist ze niet altijd naar Frankrijk.


Gerelateerd aan France

Bourgogne