Vertaling van abdiquer

Inhoud:

Frans
Nederlands
abdiquer {ww.}
zich onderwerpen
abdiquer, se démettre de, renoncer à {ww.}
afstand doen van
aftreden 
abdiqueren
afstand doen
abdiceren
abdiquer {ww.}
opgeven
prijsgeven
afleggen 
abdiquer {ww.}
zich onderwerpen
abdication [v] (l' ~), abdiquer {zn.}
troonsafstand 
ontslagname
ontslagneming [v]
afstand [m]
abandonner, céder, reculer, abdiquer {ww.}
afstaan 
wijken
toegeven 


Gerelateerd aan abdiquer

se démettre de - renoncer à - abdication - abandonner - céder - reculer