Vertaling van arrivée

Inhoud:

Frans
Nederlands
arrivée [v] (l' ~), lieu d'arrivée [m] (le ~) {zn.}
plaats van aankomst
arrivée [v] (l' ~), venue [v] (la ~), arrivage [m] (l' ~) {zn.}
aankomst  [v]
L'homme grièvement blessé était mort à son arrivée à l'hôpital.
De zwaargewonde man was al gestorven bij aankomst in het ziekenhuis.


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Je suis arrivée à l'école à temps.

Ik ben op tijd op school gekomen.

Vous êtes la meilleure chose qui me soit jamais arrivée.

Jij bent het beste wat me ooit overkomen is.

L'homme grièvement blessé était mort à son arrivée à l'hôpital.

De zwaargewonde man was al gestorven bij aankomst in het ziekenhuis.


Gerelateerd aan arrivée

lieu d'arrivée - venue - arrivage