Vertaling van avion

Inhoud:

Frans
Nederlands
avion, aéroplane
vliegtuig
vliegmachine
kist
toestel


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

J'ai vu un avion.

Ik zag een vliegtuig.

J'ai vu un avion.

Ik zag een vliegtuig.

Comme cet avion est énorme !

Dat vliegtuig is pas groot!

Demandez-lui quand part le prochain avion.

Vraag hem wanneer het volgende vliegtuig gaat.

Je vais en Amérique en avion.

Ik ga met het vliegtuig naar Amerika.

Je préfère aller en train que prendre un avion.

Ik reis liever met de trein dan met de vliegtuig.

Les indigènes virent alors un avion pour la première fois.

De inheemsen zagen toen voor de eerste keer een vliegtuig.


Gerelateerd aan avion

aéroplane