Vertaling van fort
Voorbeelden in zinsverband
C'est trop fort.
Het is te luid.
Elle sait fort bien chanter.
Zij kan heel goed zingen.
Le lait nous rend fort.
Melk maakt ons sterk.
J'ai lu hier une histoire fort intéressante.
Gisteren heb ik een erg interessant verhaal gelezen.
Lire des livres est fort intéressant.
Boeken lezen is erg interessant.
Classer les choses n'est pas mon fort.
Ik ben niet goed in het classificeren van dingen.
Il est fort comme un cheval.
Hij is zo sterk als een paard.
Ce garçon a un corps fort et sain.
Deze jongen heeft een sterk, gezond lichaam.
C'est un bon garçon et il est très fort.
Het is een goede jongen en hij is heel sterk.
L'esprit est fort mais la chair est faible.
De geest is gewillig, maar het vlees is zwak.
Je parlai fort, de manière à ce que chacun puisse m'entendre.
Ik sprak luid, zodat iedereen me kon verstaan.
Il y a fort longtemps, il y avait un pont ici.
Lang geleden was hier een brug.
Je sais que vous êtes fort, mais la pression politique est encore plus forte.
Ik weet dat je sterk bent, maar politieke druk is nog sterker.
Il aime ses cheveux, son sourire, ses yeux ? Waouh, il est vachement fort pour dire des mensonges !
Hij houdt van haar haar, haar glimlach, haar ogen? Wow, hij kan verdomd goed liegen!