Vertaling van ils ont
Voorbeelden in zinsverband
Ils ont peu de livres.
Ze hebben weinig boeken.
Ils ont une grande maison.
Ze hebben een groot huis.
Ils ont nommé M. White manager.
Ze hebben meneer White als manager aangesteld.
Ils ont appelé leur fils John.
Ze hebben hun zoon John genoemd.
Ils ont choisi Pierre comme capitaine.
Ze kozen Peter als kapitein.
Ils ont commencé en même temps.
Ze begonnen tegelijkertijd.
Ils ont inventé une histoire invraisemblable.
Ze verzonnen een onwaarschijnlijk verhaal.
Par chance, ils ont échappé au danger.
Gelukkig zijn ze aan het gevaar ontkomen.
Ils ont adopté la petite fille.
Ze adopteerden het kleine meisje.
Ils ont tenté d'assassiner le président.
Ze hebben getracht de president te vermoorden.
Ils ont la peau marron et les cheveux noirs.
Ze hebben bruine huid en zwart haar.
Ils ont déménagé ici il y a deux ans.
Ze verhuisden twee jaar geleden naar hier.
Ils ont rendu visite, hier, à leurs parents.
Ze hebben hun ouders bezocht gisteren.
Ils ont pris la route la nuit dernière.
Gisteravond zijn ze vertrokken.
Ils ont tué une chèvre en sacrifice à Dieu.
Ze hebben een geit geslacht als offer voor God.