Vertaling van le jour

Inhoud:

Frans
Nederlands
jour [m] (le ~) {zn.}
ajourwerk
jour, journée {bn.}
dag [m]


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Il travaille toute la nuit et dort tout le jour.

Hij werkt de gehele nacht en slaapt de gehele dag.

Aujourd'hui, c'est le jour le plus chaud de l'année.

Vandaag is de warmste dag van dit jaar.

Il me dit qu'il commencerait le jour suivant.

Hij zei mij dat hij de volgende dag zou beginnen.

Il est décédé le jour de l'arrivée de son fils.

Hij stierf op de dag dat zijn zoon arriveerde.

Les tickets ne sont valables que deux jours, en comptant le jour où ils sont achetés.

Tickets zijn geldig voor twee dagen, inclusief de dag waarop ze zijn aangekocht.

Pourquoi est-ce qu'on dit "Bonjour !" quand le jour n'est pas bon ?

Waarom zegt men "Goedendag" wanneer de dag niet goed is?

Il est impossible de dire quand la Terre a vu le jour précisément.

Het is onmogelijk te zeggen wanneer de aarde precies ontstaan is.


Gerelateerd aan le jour

jour - journée