Vertaling van mâche
						Inhoud:
						
Frans
Nederlands
mâche  {zn.}
veldsla
mâcher {ww.}
pruimen
je mâche
il/elle mâche
ik pruim
hij/zij/het pruimt
			 					» meer vervoegingen van pruimen
		 					
mâcher {ww.}
kauwen
je mâche
il/elle mâche
ik kauw
hij/zij/het kauwt
			 					» meer vervoegingen van kauwen