Vertaling van oui

Inhoud:

Frans
Nederlands
oui, oïl, si {bw.}
ja 
jawel


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Oui.

Ja.

Oui, j'arrive illico.

Ja, ik kom dadelijk.

Oui, je parle espagnol.

Ja, ik spreek Spaans.

J'aimerais dire oui, mais...

Ik wil graag ja zeggen, maar...

Oui, avec plaisir !

Ja, graag.

Oui ou non ?

Ja of neen?

Oui et non.

Ja en nee.

Il a déjà dit oui.

Hij heeft al ja gezegd.

Oh, oui, je m'en souviens.

O, ja, dat herinner ik me.

Oui, le lait est très bon.

Ja, de melk is heel goed.

Oui, ça arrive de temps en temps.

Ja, het gebeurt van tijd tot tijd.

"Est-ce qu'elle joue au tennis ?" "Oui, elle y joue."

"Speelt zij tennis?" "Ja."

Oui. Non. Peut-être. Je ne sais pas.

Ja. Nee. Misschien. Ik weet het niet.

« Y a-t-il un verre ? » « Oui, il y en a un sur la table. »

"Is er een glas?" Ja, er is er één op de tafel."

En tous cas il faut voter oui au référendum du 18 février.

In alle geval moet men "ja" stemmen in het referendum van 18 februari.


Gerelateerd aan oui

oïl - si