Vertaling van pauvre

Inhoud:

Frans
Nederlands
pauvre {bn.}
arm 
armelijk
armoedig 
pauvre, mince, maigre, sobre, pauvrement, sobrement {bn.}
pover 
schamel
sober
karig
malheureux, misérable, pauvre {bn.}
beklagenswaardig 
erbarmelijk
zielig
misérable, pauvre {bn.}
belabberd
ellendig 
miserabel
schamel
schunnig
stumperig


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

La pauvre fille devint aveugle.

Het arme meisje werd blind.

Être pauvre n'est pas déshonorant.

Arm zijn is geen schande.

Je n'ai pas honte d'être pauvre.

Ik schaam me er niet voor dat ik arm ben.

Cette pauvre chatte est presque morte de faim.

Deze arme kat is bijna gestorven van de honger.

Il était une fois un pauvre vieillard et une femme riche.

Er waren eens een arme man en een rijke vrouw.


Gerelateerd aan pauvre

mince - maigre - sobre - pauvrement - sobrement - malheureux - misérable