Vertaling van à l'étranger
Voorbeelden in zinsverband
J'étudie à l'étranger.
Ik studeer in het buitenland.
Je veux aller à l'étranger.
Ik wil naar het buitenland.
Je veux étudier à l'étranger.
Ik wil in het buitenland studeren.
Il a étudié à l'étranger.
Hij studeerde in het buitenland.
Il est allé à l'étranger.
Hij ging naar het buitenland.
Je pense aller à l'étranger.
Ik denk erover naar het buitenland te gaan.
Il aime voyager à l'étranger.
Hij reist graag naar het buitenland.
J'étais en vacances à l'étranger.
Ik was op vakantie in het buitenland.
Pourquoi veux-tu étudier à l'étranger ?
Hoezo wil je in het buitenland studeren?
Un ami à moi étudie à l'étranger.
Een vriend van mij studeert in het buitenland.
Ton oncle est-il toujours à l'étranger ?
Is jullie oom nog steeds in het buitenland?
Mon père se rend parfois à l'étranger.
Mijn vader gaat soms naar het buitenland.
Vous êtes-vous déjà rendu à l'étranger ?
Ben je ooit in het buitenland geweest?
Prévoyez-vous de vous rendre à l'étranger ?
Ben je van plan om naar het buitenland te gaan?
Combien de temps es-tu resté à l'étranger ?
Hoe lang was je in het buitenland?