Vertaling van Bibbia

Inhoud:

Italiaans
Nederlands
Bibbia {zn.}
Bijbel [m]
bijbel [m] (de ~)
Schrift [m] (de ~)
testament [o] (het ~)
Chi ha scritto la Bibbia?
Wie heeft de bijbel geschreven?
La Bibbia ci dice di amare i nostri vicini e anche di amare i nostri nemici; probabilmente perché generalmente sono le stesse persone.
De Bijbel draagt ons op om onze naasten én onze vijanden lief te hebben; waarschijnlijk omdat dat in het algemeen dezelfde personen zijn.
Bibbia {zn.}
Bijbel [m]
orakelspreuk
godswoord


Voorbeelden in zinsverband

Italiaans
Nederlands

Chi ha scritto la Bibbia?

Wie heeft de bijbel geschreven?

La Bibbia ci dice di amare i nostri vicini e anche di amare i nostri nemici; probabilmente perché generalmente sono le stesse persone.

De Bijbel draagt ons op om onze naasten én onze vijanden lief te hebben; waarschijnlijk omdat dat in het algemeen dezelfde personen zijn.


Gerelateerd aan Bibbia