Vertaling van borg

Inhoud:

Nederlands
Deens
borg [m], borgsteller [m], garant [m], sponsor {zn.}
kautionist
behouden, bergen, redden {ww.}
redde
beholde
behouden, bergen, bewaren, conserveren, onderhouden, overhouden {ww.}
konservere
beholde


Gerelateerd aan borg

borgsteller - garant - sponsor - behouden - bergen - redden - bewaren - conserveren - onderhouden - overhouden