Vertaling van kennis

Inhoud:

Nederlands
Deens
kennis [v], kunde, medeweten, verstand, weten {zn.}
kundskab
bekendheid [v], kennis [v], kunde {zn.}
kundskab
bekende [m], kennis [v], relatie [v] {zn.}
bekendt


Gerelateerd aan kennis

kunde - medeweten - verstand - weten - bekendheid - bekende - relatie