Vertaling van probleem

Inhoud:

Nederlands
Deens
opgave [v], probleem, vraagpunt, vraagstuk {zn.}
problem [o]
Wat hij zegt heeft niets met dit probleem te maken.
Hvad han siger har intet at gøre med dette problem.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Deens

Ze bespreken het probleem.

De diskuterer problemet.

Niemand heeft het probleem opgelost.

Der er ingen der har løst problemet.

Dick probeerde het probleem tevergeefs te oplossen.

Dick forsøgte forgæves at løse problemet.

Wat hij zegt heeft niets met dit probleem te maken.

Hvad han siger har intet at gøre med dette problem.


Gerelateerd aan probleem

opgave - vraagpunt - vraagstuk