Vertaling van verkiezen
Inhoud:
Nederlands
Deens
de voorkeur geven aan, prefereren, verkiezen, voortrekken {ww.}
foretrække
begeren, trek hebben in, verkiezen, verlangen, wensen {ww.}
ønske
kiezen, uitkiezen, uitlezen, uitpikken, verkiezen, uitzoeken {ww.}
vælge