Vertaling van aanplakken
						Inhoud:
						
Nederlands
Duits
aanplakken, afficheren {ww.}
anschlagen
affichieren
plakatieren
affichieren
plakatieren
ik zal aanplakken
jij zult aanplakken
hij/zij/het zal aanplakken
ich werde anschlagen
du wirst anschlagen
er/sie/es wird anschlagen
			 					» meer vervoegingen van anschlagen
		 					
aanplakken {ww.}
anleimen
anheften
ankleben
anheften
ankleben
ik zal aanplakken
jij zult aanplakken
hij/zij/het zal aanplakken
ich werde anleimen
du wirst anleimen
er/sie/es wird anleimen
			 					» meer vervoegingen van anleimen
		 					
aanplakken, afficheren {ww.}
anschlagen
affichieren
plakatieren
affichieren
plakatieren
ik zal aanplakken
jij zult aanplakken
hij/zij/het zal aanplakken
ich werde anschlagen
du wirst anschlagen
er/sie/es wird anschlagen
			 					» meer vervoegingen van anschlagen
		 					
beplakken, aanplakken, afficheren {ww.}
anschlagen
affichieren
plakatieren
affichieren
plakatieren
ik zal aanplakken
jij zult aanplakken
hij/zij/het zal aanplakken
ich werde anschlagen
du wirst anschlagen
er/sie/es wird anschlagen
			 					» meer vervoegingen van anschlagen