Vertaling van bloeden

Inhoud:

Nederlands
Duits
bloeden {ww.}
bluten

wij bloeden
jullie bloeden
zij bloeden

wir bluten
ihr blutet
sie bluten
» meer vervoegingen van bluten

Zijn gewonde been begon opnieuw te bloeden.
Sein verwundetes Bein begann erneut zu bluten.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Zijn gewonde been begon opnieuw te bloeden.

Sein verwundetes Bein begann erneut zu bluten.

Ik kan het bloeden niet stelpen.

Ich kann die Blutung nicht zum Stehen bringen.