Vertaling van canneleren
						Inhoud:
						
Nederlands
Duits
canneleren, groeven {ww.}
kannelieren
riefen
auskehlen
riefen
auskehlen
wij canneleren
jullie canneleren
zij canneleren
wir kannelieren
ihr kanneliert
sie kannelieren
			 					» meer vervoegingen van kannelieren