Vertaling van dok
						Inhoud:
						
Nederlands
Duits
dok  {zn.}
Dock
betalen, dokken, storten, uitbetalen, uitkeren, voldoen {ww.}
bezahlen
zahlen
entrichten
einzahlen
auszahlen
abzahlen
zahlen
entrichten
einzahlen
auszahlen
abzahlen
ik dok
ich bezahle
			 					» meer vervoegingen van bezahlen
		 					
We moeten altijd meer betalen.
									Wir müssen immer mehr bezahlen.
								  Wie gaat het eten betalen?
									Wer wird das Essen bezahlen?