Vertaling van ingesloten
Inhoud:
Nederlands
Duits
bijgaand, ingesloten {bn.}
zuzüglich
ingesloten, ingebed {bn.}
eingebettet
eingeschlossen
eingeschlossen
bergen, insluiten, opbergen, opsluiten, wegbergen {ww.}
einschließen
ik heb ingesloten
jij hebt ingesloten
hij/zij/het heeft ingesloten
ich habe eingeschlossen
du hast eingeschlossen
er/sie/es hat eingeschlossen
» meer vervoegingen van einschließen
insluiten, omgeven, omringen {ww.}
umzingeln
umringen
umringen
ik heb ingesloten
jij hebt ingesloten
hij/zij/het heeft ingesloten
ich habe umzingelt
du hast umzingelt
er/sie/es hat umzingelt
» meer vervoegingen van umzingeln