Vertaling van maandag
Inhoud:
Nederlands
Duits
maandag {zn.}
Montag
Het is maandag.
Es ist Montag.
Vandaag is het maandag.
Heute ist Montag.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Duits
Het is maandag.
Es ist Montag.
Vandaag is het maandag.
Heute ist Montag.
Vandaag is het maandag.
Heute ist Montag.
Op maandag is hij altijd thuis.
Er ist immer montags zuhause.
Op maandag is hij altijd thuis.
Er ist immer montags zuhause.
Ze is vaak te laat op school op maandag.
Sie kommt montags oft zu spät zur Schule.
Het ticket is geldig tot en met maandag.
Der Fahrschein gilt bis einschließlich Montag.