Vertaling van naar buiten

Inhoud:

Nederlands
Duits
buitenwaarts, eruit, naar buiten, uitwaarts {bw.}
nach draußen
nach außen
nach außen hin


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Ondanks de regen ben ik naar buiten gegaan.

Ich bin trotz des Regens vor die Tür gegangen.

Hoewel het regende, moest ik toch naar buiten.

Obwohl es regnete, musste ich außer Haus gehen.

Ik ging naar buiten, ook al regende het.

Ich ging aus, obwohl es regnete.


Gerelateerd aan naar buiten

buitenwaarts - eruit - uitwaarts