Vertaling van ruiten

Inhoud:

Nederlands
Duits
ruiten,  {zn.}
Karo [o] (das ~)
Schellen
Carreau
ruit (mv. ruiten),  {zn.}
Raute [v] (die ~)
glas [o], ruit (mv. ruiten) {zn.}
Glas [o] (das ~)
Bierflesjes zijn van glas.
Bierflaschen sind aus Glas.
Hij leegde zijn glas.
Er leerte sein Glas.


Gerelateerd aan ruiten

- ruit - - glas