Vertaling van uitschrijven

Inhoud:

Nederlands

Duits

regelen, organiseren, uitschrijven {ww.}

organisieren
einrichten

ik zal uitschrijven
jij zult uitschrijven
hij/zij/het zal uitschrijven

ich werde organisieren
du wirst organisieren
er/sie/es wird organisieren
» meer vervoegingen van organisieren

schrijven, neerschrijven, uitschrijven {ww.}

schreiben

ik zal uitschrijven
jij zult uitschrijven
hij/zij/het zal uitschrijven

ich werde schreiben
du wirst schreiben
er/sie/es wird schreiben
» meer vervoegingen van schreiben

Moet ik een brief schrijven?

Muss ich einen Brief schreiben?

We zijn het verslag aan het schrijven.

Wir schreiben gerade den Bericht.

beleggen, houden, teweegbrengen, uitschrijven {ww.}

hervorrufen

ik zal uitschrijven
jij zult uitschrijven
hij/zij/het zal uitschrijven

ich werde hervorrufen
du wirst hervorrufen
er/sie/es wird hervorrufen
» meer vervoegingen van hervorrufen